Betreft:
Advies verordening nieuwe wet inburgering
Meierijstad,
27 oktober 2021
Geacht College,
Naar
aanleiding van de op 21 oktober 2021 toegezonden conceptverordening nieuwe wet Inburgering en de bijgevoegde
beleidsnotitie heeft u de Adviesraad Sociaal Domein Meierijstad (ASD)
gevraagd om voor 1 november advies uit te brengen. Gezien de zeer korte
tijdsspanne is het voor de ASD redelijkerwijs niet mogelijk dit advies voor die
tijd in een voltallige vergadering te behandelen.
Het DB van de ASD heeft daarom het
aandachtsgebied Participatie en Migratie gevraagd op voorhand alvast een advies
uit te brengen. Dit advies zal worden besproken in de vergadering van de ASD van
3 november a.s.
Gezien de door u gestelde deadline sturen wij u
het advies onder voorbehoud van goedkeuring van de gehele ASD nu toe.
Na bespreking en vaststelling in de vergadering
van 3 november zullen wij u per omgaande berichten.
Algemeen
De voormalige kennisgroep Participatie is de
afgelopen 3 jaar meerdere keren meegenomen in de ontwikkeling van de Wet
Inburgering. Bij de start van de nieuwe wet Inburgering is in 2019 advies
gevraagd aan de kennisgroep om belangrijke aandachtspunten mee te nemen. In
verschillende kennisgroepen vergaderingen is de voortgang van de aanpak van de
gemeente Meierijstad toegelicht (in 2019 drie keer, in 2020 twee keer en in 2021
twee keer).
In de ASD-vergadering van 22 september jl. heeft
de betrokken beleidsmedewerker een presentatie gegeven over de laatste
ontwikkelingen. Hieruit is naar voren gekomen dat de gemeente Meierijstad de
afgelopen jaren geëxperimenteerd heeft en ervaring heeft opgedaan en dat deze
aanpak voortgezet wordt in de nieuwe wet inburgering. De resultaten laten zien
dat er afgelopen jaren een stevige basis is neergezet. Ook is de gemeente
Meierijstad op veel onderwerpen al voorbereid, doordat er vroegtijdig is
gestart met een eigen aanpak.
Een groot deel van de taken die de gemeente
krijgt op grond van de Wet Inburgering liggen vast in de wet.
Voor ons advies hebben wij, naast de
overleggen, ook gekeken naar een aantal artikelen in de verordening die wat ons
betreft extra van belang zijn en nog de nodige aandacht en inspanning zullen vereisen.
Daarbij is bezien hoe deze zijn ingevuld en worden uitgevoerd.
Onderstaand worden er een aantal benoemd met
een aantal elementen waar we meer specifiek naar hebben gekeken.
De
gemeente stelt voor iedere inburgering plichtige een passend traject vast
(maatwerk).
De
inburgering plichtige combineert zoveel mogelijk activiteiten gericht op het
leren van de Nederlandse taal en op meedoen aan de maatschappij (dualiteit).
De brede intake wordt zo vroeg mogelijk afgenomen, bij voorkeur
zodra de inburgering plichtige bekend is bij de gemeente. Een eerste
kennismaking met de gemeente in de opvang zou bijdragen aan een betere
overgang.
Voor asielstatushouders is dit het moment van koppeling aan de
gemeente, voor gezinsmigranten en overige migranten is dit het moment van
inschrijving in de gemeente.
Met de informatie uit deze brede intake
verkrijgt de gemeente een beeld van de startpositie en de
ontwikkelingsmogelijkheden van de inburgeringsplichtige. De gemeente legt de
uitkomsten van de brede intake schriftelijk vast.
Het
recht om de gesprekken in het kader van de brede intake met de gemeente alleen
te voeren of met aanwezigheid van een onafhankelijk cliëntondersteuner;
PIP
Persoonlijk
plan Inburgering en Participatie (PIP) is een belangrijk document waarin alle
gemaakte afspraken schriftelijk worden vastgelegd.
Er wordt
een passend maatwerktraject vastgesteld waarin de ontwikkelingsmogelijk-heden
van de inburgeringsplichtige worden omschreven.
Dit
persoonlijk plan wordt in de vorm van evaluatiegesprekken aangevuld/gewijzigd.
Een
belangrijk gegeven is dat de inburgeraar zich toe kan leggen op de inburgering en
niet meteen met alle financiële zaken te maken krijgen (ontzorgen)
Leerroute
In
het nieuwe inburgeringsstelsel is de inburgering vormgegeven in drie leerroutes.
Elke inburgeraar volgt de route die het beste aansluit bij zijn capaciteiten en
mogelijkheden. De leerroute wordt vastgesteld met een leerbaarheidstoets. De
gemeenten zijn verantwoordelijk voor de inkoop van de leerroutes. De leerroutes
zijn als volgt beschreven:
1.
De
B1-route; gericht op het behalen van taalniveau op B1-niveau.
2.
De
onderwijsroute; gericht op doorstroom naar regulier onderwijs.
3.
De
zelfredzaamheidsroute (Z-route); voor inburgeraars voor wie de onderwijs- of
B1-route niet haalbaar is. De route richt zich op maximaal kunnen participeren
binnen de samenleving.
Participatie
verklaringstraject (PVT)
Via het
(PVT) maakt de inburgeraar kennis met de Nederlandse kernwaarden; vrijheid,
gelijkwaardigheid, solidariteit en participatie. Het traject wordt afgesloten
met het ondertekenen van de participatieverklaring. Met de ondertekening tonen
inburgeraars hun betrokkenheid bij de Nederlandse samenleving en hun bereidheid
om daar actief aan bij te dragen. Het participatieverklaringstraject wordt
aangevuld met een lokaal component, waarin de inburgeraar kennis maakt met de
gemeente.
Module
Arbeidsmarkt en Participatie (MAP)
Binnen de module Arbeidsmarkt en Participatie (MAP) staat
participatie op de arbeidsmarkt centraal. Met deze module brengen we de
competenties en arbeidskansen van de inburgeraar in kaart. Dit wordt
gecombineerd met het opdoen van praktische ervaring op de (lokale)
arbeidsmarkt.
Voorgang
inburgering
De
gemeente volgt de vorderingen van de inburgeringsplichtige tijdens het
inburgeringstraject en houdt in de gaten of het traject nog passend is. De
gemeente voert hiervoor periodiek voortgangsgesprekken met de
inburgeringsplichtige zolang het inburgeringstraject loopt. Het aantal
gesprekken gedurende het inburgeringstraject wordt afgestemd op het niveau van
de inburgeringsplichtige (maatwerk).
Handhaving
De
meeste inburgeraars zullen intrinsiek gemotiveerd zijn om de taal te leren en
te slagen voor het inburgeringsexamen. Het valt niet uit te sluiten dat er ook
inburgeraars zijn die zich niet aan de gemaakte afspraken kunnen houden.
Gemeenten zijn verantwoordelijk voor de handhaving tijdens het
inburgeringstraject. DUO controleert aan het einde van de inburgeringstermijn
of de inburgeraar heeft voldaan aan de inburgeringsplicht. Gemeenten hebben op
grond van de wet daarom de mogelijkheid om een bestuurlijke boete op te leggen
als een inburgeraar gedurende het inburgeringstraject verwijtbaar niet meewerkt
(verordening inburgeringswet).
De
meeste inburgeraars ontvangen een bijstandsuitkering. Waar in de huidige wet de
Participatiewet en de inburgeringswet niet aansloten, moet het
inburgeringstraject zodanig ingericht zijn dat de inburgeraar ook kan voldoen
aan de verplichtingen van beide wetten. Dit wordt geborgd door het
inburgeringstrajecten duaal vorm te geven.
De uitgangspunten van het beleid zoals verwoord
in de 1e versie beleidsnota worden door de Adviesraad Sociaal Domein
ondersteund. Voor verdere beoordeling ontvangen wij de definitieve versie graag
z.s.m.
De Adviesraad Sociaal Domein heeft met inachtneming van de in de
verschillende overleggen beantwoorde vragen, gemaakte opmerkingen en meegegeven
aandachtspunten en rekening houdend met de toetsingscriteria in onze visie en
missie, besloten een positief advies te geven. Over de voortgang worden wij
graag periodiek op de hoogte gehouden.
Met dit advies hoopt de Adviesraad Sociaal Domein een
constructieve bijdrage te hebben geleverd en verzoekt het college dit onder de
aandacht te brengen van de gemeenteraad zodat dit betrokken kan worden bij de
verdere beraadslagingen.
Wij zien uw reactie met belangstelling tegemoet.
Met vriendelijke groet,
namens de Adviesraad Sociaal Domein
Meierijstad,
E. Bunk,
voorzitter